Etalageruit-arrest
Onderwerpen
‐
Causaliteit, redelijke voorzienbaarheid
Artikelen
‐
n.v.t.
De feiten
De verdachte reed met een te grote snelheid door een grote winkelstraat in Den Haag. Doordat het regende en de tramrails nat waren geworden, kwam hij in een slip terecht en botste hierdoor tegen een verkeerszuil aan. Door de botsing was de auto op zijn kop gekanteld en in de richting van de stoep geschoven. Hierdoor werd een voetganger geraakt die daardoor tegen een etalageruit viel. Door de val raakte de man ernstig gewond en door het rondvliegende glas raakte een vrouw zwaar gewond die als gevolg van haar verwondingen overleed.
Rechtsvraag
Bestaat er een causaal verband tussen de verwondingen door het vallende glas en de verkeersovertreding?
Overweging
Het hof stelde dat er in casu sprake was van een causaal verband. In cassatie verweert de verdachte zich door te stellen dat uit de bewezenverklaring niets anders blijkt dan dat de dood van het slachtoffer te wijten was aan vallend glas. De dood kon dus niet door de botsing of de aanrijding met de man zijn veroorzaakt. De Hoge Raad oordeelde dat de in de bewezenverklaring vermelde reeks van gebeurtenissen, volgend op de botsing, naar algemene ervaringsregels te rekenen is tot de gevolgen van de botsing die redelijkerwijs zijn te voorzien. De Hoge Raad verwierp derhalve het cassatieberoep.
Rechtsregel
Dit arrest geeft een voorbeeld van de leer van de redelijke voorzienbaarheid. Gebeurtenissen die ergens op volgen kunnen tot de gevolgen hiervan worden gerekend indien ze redelijkerwijs te voorzien zijn. In het Letale Longembolie-arrest uit 1978, gaat de Hoge Raad echter over op de leer van de redelijke toerekening.
Andere relevante jurisprudentie